:: PRAKTIJKINFO ::

visie | globaal medisch dossier | voorschriften | attesten | haio | labo/bloedresultaten

Alle informatie die u nodig heeft over de artsenpraktijk kan u in deze rubriek terug vinden.


VISIE  |omhoog|
 

De artsenpraktijk wil zijn patïenten voorzien in een goede gezondheidszorg. Hierbij streven we naar een professionele en kwalitatief hoogstaande continue zorgverlening voor de patiënten. Dit wil zeggen dat wij op elk moment, tijdens de praktijkuren, ten dienste staan van de patiënten en hen ook zo goed mogelijk verder zullen helpen.

Het samenwerken van meerdere artsen in één praktijk biedt het voordeel voor de patiënt, dat hij/zij altijd zal verder geholpen worden door een arts, die beschikt over alle dossiergegevens. De artsenpraktijk maakt gebruik van een elektronisch medisch dossier dat indien nodig door alle dokters kan geraadpleegd worden.

Als groep trachten we zo accuraat mogelijk aansluiting te vinden met de juiste wetenschappelijke inzichten van dit ogenblik, integreren we deze met onze eigen klinische ervaring en proberen zo samen met de patiënt een antwoord te vinden op de zorgvraag.

 
GLOBAAL MEDISCH DOSSIER  |omhoog|
 

Uw huisarts staat in voor het bijhouden en coördineren van uw GMD, dit is uw globaal medisch dossier. Uw medische gegevens worden hierdoor op één plaats bijgehouden, waardoor u en uw arts een volledig beeld hebben van uw gezondheidstoestand.

Het RIZIV voorziet voor het bijhouden van uw GMD een vergoeding. Indien u een klevertje van de mutualiteit meebrengt en uw toestemming hiervoor geeft (handtekening), zal uw arts een formulier invullen voor de aanvraag of verlenging van het GMD en wordt dit rechtstreeks met de mutualiteit geregeld. Vanaf dat ogenblik geniet u minimum 30% vermindering op uw eigen bijdrage (=remgeld) voor elke raadpleging. Dit geldt voor raadplegingen bij alle artsen in de praktijk.


Bij verhuis of veranderen van huisarts kan u steeds uw medisch dossier opvragen bij het secretariaat.

 
VOORSCHRIFTEN  |omhoog|
 

Een voorschrift mag wettelijk enkel afgeleverd worden als de persoon fysiek aanwezig is op de praktijk. Wij mogen dus geen telefonisch aangevraagde voorschriften en attesten afleveren. U kan ook geen voorschrift meenemen voor een familielid. Maak daarom tijdig een afspraak met uw huisarts. Uw huisarts geeft U voldoende voorschriften mee tot een volgende controle vereist is.

 
ATTESTEN  |omhoog|
 
Uw huisarts mag enkel attesten schrijven die volledig stroken met de waarheid. Valse attesten zullen U steeds geweigerd worden. Het invullen van medische attesten voor de verzekering vergt zeer correcte en nauwkeurige informatie. Dit vergt meer tijd, daarom is het nuttig dit te vermelden bij het maken van een afspraak.
 
HAIO  |omhoog|
 
De artsenpraktijk is een opleidingspraktijk voor toekomstige huisartsen.
Een HAIO (HuisArts In Opleiding) is een afgestudeerde arts die zich specialiseert in de huisartsgeneeskunde. Vandaar dat u op regelmatige tijdstippen nieuwe artsen in onze praktijk zal zien meedraaien. De HAIO's staan onder voortdurende supervisie van hun praktijkopleiders (Dr. Johan Beirinckx en Dr. Ans Mentens).

Het is ons al vaak gebleken dat onze patiënten zich zeer vriendelijk opstellen naar de HAIO's. Hartelijk dank hiervoor, uw bijdrage aan het onderwijs wordt zeer op prijs gesteld!
 
Labo/bloedresultaten  |omhoog|
 
Indien je een laboresultaat (bloeduitslag) bekijkt, zijn er een viertal kolommen te onderscheiden:

1) In de eerste kolom vinden we de NAAM van de TEST.
2) In de tweede kolom de RESULTATEN van de analyse.
3) In kolom drie vinden we de EENHEDEN waarin het resultaat wordt uitgedrukt
4) In de laatste kolom vinden we het NORMAAL TE VERWACHTEN resultaat.

Afwijkende waarden worden VET gedrukt. Bij een te hoge waarde drukt de computer een “+” teken voor het resultaat, bij een te lage waarde een “-” teken.

Soms is er nog een vijfde kolom, al of niet gevalideerd. Dit wil zeggen, nagekeken door de verantwoordelijke van het labo.

1) BOEDCELLEN:

Er circuleren in ons bloed drie soorten cellen:

a) De rode bloedcellen:
deze dienen voor het transport van de zuurstof doorheen ons lichaam. In de bloeduitslag vinden we ze terug onder Erythrocyten. Hemoglobine en Hematocriet zijn een maat van de transportcapaciteit voor zuurstof van deze cellen.
b) De witte bloedcellen:
deze dienen voor de verdediging van het lichaam, bv. bij een infectie. Wij vinden ze terug onder Leucocyten. In de Formule worden de verschillende soorten witte bloedcellen percentueel weergegeven.
c) De bloedplaatjes:
deze dienen om het bloed te laten stollen, bv. bij een wonde. Over het algemeen zijn ze minder belangrijk en men vindt ze eventueel terug onder de naam Thrombocyten bij de rubriek ‘stolling’.

2) IJZER:
Het ijzer gehalte is belangrijk voor de aanmaak van de nodige rode bloedcellen. Indien bloedarmoede en ijzertekort samen voorkomen wijst dit meestal op overvloedig of chronisch BLOEDVERLIES, bv. door overvloedige maanstonden, of bij chronisch bloedverlies uit maagdarmstelsel. Ferritine is het eiwit dat het ijzer draagt en kan ook gestoord zijn bij leveraandoeningen.

3) BIOCHEMIE:
Het Urinezuur is verhoogd bij jicht (pootje!) en de Creatinine bepaalt de functie van de nieren. De eGFR is een nog fijnere test om de kracht te bepalen waarmee Uw nieren Uw bloed zuiveren.

4) KOOLHYDRATEN: dit zijn de SUIKERS!
Glucose is een momentopname van het suikergehalte in Uw bloed en moet NUCHTER onder de 115 zijn. Bij suikerziekte wordt HbA1c (suikergehalte in de rode bloedcellen) bepaald: dit geeft het gemiddelde weer van de suiker de laatste drie maanden en is dus een zeer goede parameter voor het opvolgen van de behandeling.

5) LIPIDEN: dit zijn de VETTEN!
De Cholesterol mag op alle leeftijden maximaal 190 zijn. Weinig personen bereiken deze waarde, zodat we al tevreden zijn met waarden rond de 200. Hartpatiënten en mensen met verhoogd risico zijn best wel onder de 190.
De HDL-cholesterol is de goede cholesterol en is liefst zo hoog mogelijk.
LDL-cholesterol is de slechte cholesterol en moet onder de 115 zijn. Erfelijke factoren spelen hierbij een belangrijke rol.
CHOLESTEROLVERLAGERS doen de cholesterol en de LDL-cholesterol dalen en doen de HDL-cholesterol stijgen. Zij worden voorgeschreven bij verhoogde risicofactoren (bloeddruk, suiker, roken, leeftijd enz). Uw arts kan voor U Uw persoonlijk risico berekenen. U kan dat vragen op de volgende consultatie. TRIGLYCERIDEN zijn een tweede soort vetten en vormen een afzonderlijke risico-factor. Is vaak gestegen bij suikerziekte.

6) LEVER:
De verschillende leverenzymen bepalen de werking van de lever.
GAMMA-GT kan verhoogd zijn bij overmatig alcoholverbruik.

7) SCHILDKLIER:
Geeft de verbranding van het lichaam aan.

8) VARIA:
PSA: bij mannen boven de 50 jaar. (voor opsporing en behandeling van prostaatkanker)
CPK: bij verhoging kan dat wijzen op spierafbraak. (mogelijk neveneffect van cholesterolverlagers)